Professionele GPSDO van Leo Bodnar
Beschrijving van de GPSDO
GPS-gelockte precisie frequentiereferentie met lage jitter.
Instelbaar tussen 400Hz en 810MHz.
De stabiliteit op lange termijn van het uitgangssignaal wordt bepaald door de hoge nauwkeurigheid van de GPS-cesium-referenties en is bij benadering 1×10-12.
De signaalkwaliteit op korte termijn wordt bepaald door de interne TCXO-klok die een hoogwaardig kloksignaal met een lage jitter en faseruis levert.
Met de digitale PLL kan de uitgangs-referentiefrequentie tussen 400Hz en 810MHz worden ingesteld.
Het uitgangssignaal is een blokgolf op 3,3V CMOS-niveaus met een karakteristieke impedantie van 50Ω. Het uitgangsvermogen kan worden aangepast.
De GPSDO wordt geleverd met een actieve GPS-antenne waarvan de onderkant magnetisch is.
Uitgangsvermogensniveau (gemeten bij 10MHz):
+10,3dBm, drive-instelling 32mA
+9.9dBm, drive-instelling 24mA
+9.0dBm, drive-instelling 16mA
+6.4dBm, drive-instelling 8mA
Typische faseruis bij 10MHz output:
-70dBc/Hz bij 1Hz
-100dBc/Hz bij 10Hz
-125dBc/Hz bij 100Hz
-145dBc/Hz bij 1kHz
-150dBc/Hz bij 10kHz
-153dBc/Hz bij 100kHz
-155dBc/Hz bij 1MHz
Stroomverbruik via een 5V USB-aansluiting is 250mA
De aanwezigheid van een GPS-signaal is noodzakelijk. Maar kortstondige afwezigheid is geen probleem. Zowel actieve als passieve antennes worden ondersteund. Een actieve antenne met 5 meter kabel wordt meegeleverd, maar kan indien nodig worden vervangen. De GPS-acquisitietijd na het opstarten is ongeveer 30 seconden. Als het GPS-signaal even niet aanwezig is, behoudt de digitale PLL de best geschatte uitgangsfrequentie op basis van historische gegevens. Bij het opnieuw verkrijgen van GPS-vergrendeling wordt de uitvoer naadloos weer gesynchroniseerd met de GPS-referentie. Het herstellen van de frequentie gaat naadloos.
Alle frequentie- en uitgangsinstellingen kunnen volledig door de gebruiker worden geconfigureerd via een USB-verbinding vanaf een Windows-pc.
De voeding kan worden verzorgd via een mini-USB-connector vanaf een pc, USB-telefoonoplader of USB-powerbank. Een USB-verbinding met een Windows-pc is alleen vereist voor eenmalige configuratie. Alle instellingen worden in het apparaat opgeslagen en behouden de waarden wanneer deze uitgeschakeld zijn. De spanning van de SMA-antenneconnector is 3,3 V. De meeste actieve antennes werken tussen- 2,5v tot 5v omdat ze gebruik maken van een analoge LNA die niet gevoelig is voor het vermogensniveau.
Voorbeelden van gebruik zijn:
- 10 of 1MHz of andere frequentiereferentie voor laboratoriumapparatuur en instrumentatie
- referentie voor zend-apparatuur (FlexRadio), propagatiebakens, frequentiemarkeringen, VHF-, UHF- en microgolf transverters.
- referentie voor ontvangstapparatuur, SDR’s, met name SDR-play en Flexradio, converters.
- kalibratiebron voor radio-ontvangers
- masterklok voor audio- en videoapparatuur, DAC’s en studio-opnameapparatuur
De software, instellingen van de miniversie